Limburgse Successieoorlog 1283-1289 Deel I

Gepubliceerd op:

De Heren van Valkenburg. Walram en de strijd om de Limburgse Erfopvolging (1283 – 1289) Deel I

Valkenburg, 05-03-2007

Het graafschap Limburg (rondom het stadje Limbourg in België) is halverwege de 11e eeuw ontstaan. Graaf Walram van Arlon (Aarlen) was de eerste die zich graaf van Limburg noemde. Zijn zoon en opvolger Hendrik was bovendien enkele jaren Hertog van Neder-Lotharingen, maar raakte die titel kwijt aan de graaf van Leuven. Walram II, de zoon van Hendrik, ontving echter de Hertogstitel terug, maar ging na diens overlijden definitief over op de graven van Leuven.De graven van Limburg bleven zich echter Hertog noemen en werden in 1165 door Keizer Frederik Barbarossa ook als Hertog van Limburg erkend. Het is dit Hertogdom Limburg waar in 1283 de erfopvolgingsstrijd om ontbrand. Een strijd die in details wordt beschreven door Jan van Heelu in zijn rijmkroniek over de Slag van Woeringen en een strijd die zich voor een gedeelte ook in het Land van Valkenburg afspeelde. Het overlijden van Hertog Walram IV van Limburg in 1280 was in principe de aanleiding voor de Limburgse Successieoorlog, zoals deze periode ook wel genoemd wordt. Hertog Walram IV liet slechts een dochter na, Ermingardis genaamd. Deze Ermingardis was getrouwd met graaf Reinoud van Gelre, de schoonbroer van Walram van Valkenburg. Op 18 juni 1282 werd Ermingardis formeel door Keizer Rudolph beleend met het Hertogdom Limburg en alle overige bezittingen van haar vader. Haar echtgenoot Reinoud zou haar, bij kinderloos overlijden, in Limburg opvolgen als vruchtgebruiker. Deze vaststelling is cruciaal, voor het verdere verloop van de rechtsbepaling. Deze Rijkslenen zouden, volgens de keizerlijke oorkonde, aan het echtpaar worden overgedragen door Walram van Valkenburg, hetgeen ook gebeurde. Reeds in 1283 overleed Ermingardis, zonder kinderen te hebben achtergelaten, hetgeen de rechtstreekse aanleiding is geweest voor de felle strijd om de Limburgse erfenis. De Limburgse erfenis was om verschillende redenen begerenswaardig. Het Hertogdom Limburg zelf was weliswaar niet groot, maar de hertogstitel, afgeleid van de Lotharingse hertogstitel, gaf aanzien en invloed. Behalve de omgeving rondom kasteel en stad Limbourg, omvatte het hertogdom onder andere gebied rondom Herve, Sprimont, Lontzen en ’s Hertogenrade incl. de abdij Rolduc (Rode le Duc) met de grafkerk van de Limburgse hertogen en goederen en rechten in Gulpen en omgeving. Verder hoorde de heerlijkheid Wassenberg (D) tot het hertogdom Limburg. Deze ligging tussen Maas en Rijn, met haar belangrijke handelswegen bood bijzondere voordelen, temeer daar de Hertogen van Limburg hier het geleiderecht hadden, wat o.a. inhield dat men “tol” mocht heffen. Dit gebeurde o.a. te ’s Hertogenrade en Gulpen. Terug naar de Limburgse erfopvolgingsstrijd. Wie maakten aanspraken op de Limburgse erfenis ?! Allereerst was dat Reinoud van Gelre. Na de dood van zijn vrouw maakte hij als vastgesteld vruchtgebruiker aanspraak op het Hertogdom. Echter ook andere verwanten van het Limburgse Huis wilden hun “rechten” doen gelden. Naast de graaf van Berg (D) een neef van de Hertog Walram IV, maakten ook de graven van Luxemburg aanspraak op Limburg. Ook “onze” Walram van Valkenburg, kon via zijn moeder Bertha van Limburg rechtstreeks aanspraken op Limburg doen gelden en ofschoon hij na graaf Adolph van Berg zelfs de beste aanspraken kon maken, deed Walram dit niet. Waarom is niet geheel duidelijk, was het omdat hij zijn zwager Reinoud niet wilde “benadelen” of was het uit “respect” voor zijn Luxemburgse verwanten ?! Feit is dat Adolph van Berg zijn “rechten” op 13 september 1283 verkocht aan Hertog Jan I van Brabant en Walram van Valkenburg de zijde van zijn zwager Reinoud kiest en daarmee een hoofdrol zal spelen in de ontwikkelingen rondom de Limburgse erfopvolging. Het overlijden van Walram IV en diens dochter Ermingardis was dan wel de aanleiding voor de Limburgse successieoorlog, de eigenlijke kern van de strijd die 1283 uitbrak was gelegen in de strijd tussen twee rivaliserende partijen. De inheemse adel in het gebied van Limburg was verdeeld in twee “clans” te weten de “Scavedries” en de “Mulrepas”. Walram van Valkenburg haalde de clan der “Scavedriessen” over partij te kiezen voor Reinoud van Gelre en in de loop van 1283 koos ook de aartsbisschop van Keulen, Siegfried van Westerburg, diens kant. De “Mulrepas” kozen partij voor Brabant incl. Herman van Wittem, ofschoon deze laatste door geboorte een “Scavedries” was, echter ruzie met Reinoud van Gelre had gekregen inzake een “schuldenkwestie”. De kaarten waren geschud de strijd kon beginnen. Meer over Walram en over zijn rol in de Limburgse Successieoorlog in het volgende artikel van de Stichting Vestingstad Valkenburg.

Auteur: Marc Habets

Bronnen : J.M. van de Venne, Geschiedenis van het kasteel van Valkenburg, zijn heren en hun drossaarden, 1951

S. Corsten, Die Herren von Valkenburg, 1981, Provincie Limburg, De Slag bij Woeringen, 1988